zaterdag 31 januari 2009

Dag 3: Cooper Island – Virgin Gonda (Spanish Town)

Deze morgen was iedereen tegen 8 uur op en na een kleine zwembeurt van Bart, Hélène en Ann volgde een lekker ontbijt aan boord. Rond 9u gooiden we de trossen los en zetten we koers naar het volgende eiland: Virgin Gorda. Dit eiland is het 2de grootste van de Britse Maagdeneilanden. Een kleine 5 mijl halve wind varen aan een snelheid van een goede 5 knopen zorgde ervoor dat we al snel onze eerste bestemming van de dag hadden bereikt: The Baths. Dit zijn grote granieten rotsformaties, door de vulkanen gevormd, en sommige groter dan huizen. De blokken zijn op elkaar gestapeld en de spleten ertussen zorgen voor een labyrint aan gangen en grotten op het strand. Heel spectaculair en zeker de moeite waard om te zien.

Na aan een boei te hebben aangemeerd, zijn we onze excursie eerst gestart met een snorkelpartij. De rotsen die in de zee liggen zorgen voor koele plaatsen en speciale plantengroei. Hier hebben we al onze eerste visjes onder water gezien. Tijdens het snorkelen kwam ik zowaar midden in een school van wel meer dan 100 vissen terecht die allemaal lans mij moesten passeren. Ja, dan voel je je pas als een vis in het water.

Na het snorkelen een aperitiefje genuttigd aan boord, rum met cola om tegen 13u30 terug aan land te gaan naar het restaurant en er te lunchen. Vanuit het restaurant hadden we een prachtig zicht op de baai en konden we van aan onze tafel onze boot zien liggen.

Daarna nog even langs gegaan bij “Mad Dog”, een kleine bar met naar verluid de beste piña colada ter wereld. Uiteraard kon dit niet aan ons voorbij gaan en hebben we dan maar direct het drankje besteld. En ja, het was een lekkere…

Eenmaal terug op de boot zijn we op motor doorgevaren naar de Virgin Gorda Harbour Yacht Club, een echte haven met alle faciliteiten. Tijd dus om opnieuw de batterijen op te laden en ook even de airco aan te zetten en het aan boord een beetje koeler te maken.

Deze avond gaan we uit eten in een van de plaatselijke restaurantjes en morgen varen we naar de top van het eiland in de lagune. We zien wel wat het weer ons zal brengen maar dit is hier misschien wel het meest voorspelbare van al.

Dag 2: Tortola (Road Town) – Cooper Island

De nacht was warm en goed geslapen hebben we niet echt. Tegen 8 uur toch opgestaan om in de yachtclub te gaan douchen en nadien op de boot te ontbijten. We hebben het rustig aangepakt en terwijl Bart en ik de skippers briefing kregen, gingen Hélène en Ann nog enkele boodschappen doen. Vooraleer we vertrokken nog eerst geluncht en rond 14u verlieten we de haven op motor. Het grootzeil optrekken bleek een lastig karwei, je moet alles weer gewoon worden.

De wind kwam zoals alle dagen hier uit het noordoosten. Een kleine 8 knopen die er toch voor zorgde dat we onder volle zeil een kleine 4 knopen aan de wind liepen. We hadden gepland om een eerste tussenstop naar Cooper Island te maken en vervolgens naar Virgin Gorda te zeilen om daar de nacht door te brengen. Het opkruisen naar Cooper Island verliep niet echt vlot. Ondanks de luxe van het jacht bleken we niet over een koerspaard te beschikken. Met een snelheid van met moeite 4 knopen en een drift van 25 graden duurt het opkruisen verschrikkelijk lang. Al snel hadden we door dat we Virgin Gorda nooit zouden bereiken voor het donker en beslisten we om onze tijdelijke stop om te zetten in een nachtankerplaats.

Om de 5 mijl in rechte lijn te bereiken, dienden we 10 mijl te zeilen tegen de wind in. Tegen 17u bereikten we Manchioneel Bay van Cooper Island, een idylisch plaatsje dat heel populair is bij de toeristen. We zullen er de komende 2 weken nog veel van dat soort tegenkomen.

Bart en Ann hebben na aankomst direct van de gelegenheid gebruik gemaakt om hun eerste zwembeurt te hebben. Tegen 18u hebben we alweer een flesje Chardonnay open getrokken en zo het aperitief genomen.

Om 19u naar het restaurant op het vasteland met onze dinghy, een rib met een 9.9 PK buitenboord motor. Het was ondertussen donker geworden en onze head lights (lampjes op het hoofd) kwamen goed van pas om de aanlegsteiger te vinden.

In het enigste restaurant van het eiland hebben we eerst gefrituurde calamares gegeten om daarna te eindigen met een grote gegrilde tonijnsteak, dat allemaal vergezeld van een Zuidafrikaanse Sauvignon Blanc.

Tegen 9u00 waren we terug aan boord om nog een beetje te genieten van de fantastische sterrenhemel en het gewiebel van de boot en het geklots van het water tegen de boot. Bij Bart sloeg opnieuw als eerste de vermoeidheid toe en verloor hij het gevecht tegen de vaak. We hebben dan nog een klein uurtje verder gebabbeld tot ook Hélène het welletjes vond en wou gaan slapen.

Ann en ik hebben ons dan maar beperkt tot het nog bekijken van een aflevering van de IT Crowd om vervolgens ook vermoeid maar voldaan naar ons bed te gaan.

Dag 1: Parijs – Sint-Maarten – Tortola

De vlucht was voorzien om 10.40u. We waren de avond ervoor al naar Roissy afgezakt om zeker te zijn dat we geen problemen op de weg zouden ondervinden als we ’s ochtends vroeg naar Parijs zouden moeten rijden. We hadden een “last-minute” kamer geboekt in een Campanile hotel dichtbij de luchthaven.

’s Morgens toch nog een beetje spanning want in Frankrijk was er een algemene staking afgekondigd, verkeersleiders incluis. Ondanks de verwarring die er bij dergelijke evenementen heerst, zijn we met slechts een half uurtje vertraging vertrokken voor een vlucht van 8u30 naar Sint-Maarten. Op het vliegtuig konden we al een beetje in vakantiestemming komen: men voorspelde mooi weer en 29 graden, alvast iets om naar uit te kijken…

Om 14u40 plaatselijke tijd landden we in Sint-Maarten. Het vliegveld ligt vlak bij het strand waardoor het lijkt alsof je in de zee gaat landen. Eenmaal op de grond konden we al snel het eilandgevoel ervaren. Iedereen heeft hier voor alles tijd. Voor het ophalen van onze bagage, het bekomen van ons visum, door de douane en vervolgens opnieuw inchecken en opnieuw door paspoortcontrole en security hadden we anderhalf uur. Dit bleek wel veel te weinig. Ondanks de kleine luchthaven, duurde het meer dan een half uur om door de paspoortcontrole te geraken. Het inchecken bij onze andere maatschappij duurde ook al meer dan een half uur en vervolgens de nieuwe paspoortcontrole sleepte ook wat aan. We stonden nog aan te schuiven aan de veiligheidscontrole of onze namen werden al omgeroepen omdat het instappen voor onze volgende vlucht al afgelopen was. We hebben, op de Belgische manier, dan maar een beetje moeten voorkruipen, tot groot ongenoegen van de andere reizigers. Een spurtje naar de juiste gate en buiten adem en met veel zweet konden we aan boord van een klein propellervliegtuigje om richting Tortola te vliegen.

Na een vlucht van 40 minuten kwamen we in Tortola aan en opnieuw moesten heel wat paspoortcontroles en douaneformaliteiten worden vervuld. De bootverhuringsmaatschappij stond ons al op te wachten voor een transfer naar de jachthaven. Onze boot stond helemaal klaar, een Beneteau 41.7 die eigenlijk maar een 40 voet is. Een echt luxeschip met 2 airo systemen, een high definition flatscreen met DVD speler, hifi installatie met iPod interface, kortom teveel om op te sommen. Bart had ook een pakket eten en drinken besteld zodat onze koelkast al goed gevuld was.

Bij het aan boord gaan, kregen we nog bijkomend goed nieuws: onze verhuurmaatschappij (http://www.moorings.com/) opende een nieuw paviljoen en ter ere daarvan was de CEO van Moorings speciaal naar daar afgezakt voor de officiële opening. Om dit gebeuren feestelijk te ondersteunen, werden we uitgenodigd voor een groot feest diezelfde avond. En feesten werd er gedaan: eten en drinken à volonté, live orkest en dansen… Na ons tegoed te hebben gedaan aan Caribische specialiteiten en vers klaargemaakte pizza’s hebben we ons nadien in de Veuve Cliquot champagne gestort. Zelden meegemaakt dat we kwaliteitschampagne naar believen mochten slurpen. Hoe kon onze vakantie beter beginnen.

Ondertussen van de gelegenheid gebruik gemaakt om even een woordje te doen met de CEO van Moorings, Leo Raas. Hoe vlaamser kan een naam zijn. Moorings behoort tot de TUI groep, toevallig ook de moedermaatschappij van Jetair. Hij kende Bart Brackx persoonlijk.

Bart & Hélène hadden als eerste last van de jetlag (-5 uur) en beslisten om tegen 20u al naar bed te gaan. Ann en ik gingen nog even door met de champagne om ons zo snel mogelijk aan de nieuwe tijd aan te passen. Ik wou vermijden dat ik al om 3 uur ’s nachts zou wakker liggen. We hebben het toch tot 23 uur uitgehouden en ondertussen van de gelegenheid gebruik gemaakt om met enkele lokalen en andere toeristen te verbroederen. Uiteraard wat tips voor de komende vakantie uitgewisseld.